Het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens was in het eerste kwartaal van dit jaar 1,7% hoger dan een jaar eerder. In vergelijking met Q4 2022 nam de woninghypotheekschuld Q1 met 3,3 miljard euro toe, maar nam de hypotheekschuld als percentage van het bruto binnenlands product (bbp) af.
Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de financiën van huishoudens. De hypotheekschuld loopt minder sterk op dan vorig jaar doordat de huizenprijzen dalen en er minder woningen worden verkocht. De totale hypotheekschuld groeide het eerste kwartaal naar 816,6 miljard euro. Doordat de economie harder groeide, nam de hypotheekschuld als percentage van het bbp af van 84,8% in Q4 2022 naar 83,2% in Q1 2023. Dit is het laagste niveau sinds het vierde kwartaal van 2002.
De toename van het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens is volgens het CBS vooral toe te schrijven aan een stijging van de beloning van werknemers, door hogere cao-lonen en meer gewerkte uren. De totale beloning van werknemers groeide met 7,7% en het aantal gewerkte uren is met 2,2% omhooggegaan. De cao-lonen komen 5,4% hoger uit en het gemengd inkomen lag 12,7% hoger. Dit komt volgens het CBS vooral door de grotere toegevoegde waarde als gevolg van prijsstijgingen in de gehele economie.
De stijging van het totaal aan ontvangen uitkeringen bedroeg 11,1%. Dat komt vooral doordat uitkeringen vaak zijn gekoppeld aan het minimumloon, dat per 1 januari 2023 met ruim 10% toenam. Daarnaast stegen de uitkeringen ook extra sterk door indexatie van pensioenen. Huishoudens betaalden 4,4% meer belastingen en sociale premies. Om tot het reëel beschikbaar inkomen te komen, wordt het netto beschikbaar inkomen door het CBS gecorrigeerd voor prijsstijgingen.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
