Energietransitie kost 13 biljoen dollar

0

Uit een onderzoek van ING Economisch Bureau blijkt dat de vraag naar elektriciteit wereldwijd ruim zal verdubbelen bij de transitie naar een economie met lage CO2-uitstoot, die nodig is om klimaatverandering te beperken.

Gerben Hieminga, sectoreconoom Energie: “De wereldwijde elektriciteitsmix leunt nu voor twee derde op fossiele brandstoffen. In 2050 kan dat omgekeerd zijn naar een aandeel van twee derde voor stroom uit zon- en windenergie. De elektriciteitsmix wordt daardoor minder afhankelijk van de mondiale energiemarkten met haar sterke fluctuaties in olie-, kolen- en gasprijzen.”

Verduurzaming kost veel meer elektriciteit

De mondiale stroomvraag zal fors toenemen bij de transitie naar een economie met lage CO2-uitstoot. Door minder gebruik te maken van olie, kolen en gas zal er meer stroom via wind en zon moeten worden opgewekt. Momenteel bedragen de investeringen jaarlijks circa 200 miljard dollar. Wind en zon leveren nu nog slechts 8% van de stroom.

Auto’s, trucks en deels schepen kunnen over van olie naar elektriciteit. Voor de warmtevraag uit industrie en gebouwen geldt dat elektriciteit een vervanger kan zijn voor gas. Ten slotte wordt waterstof vaak gezien als bouwsteen in het energiesysteem van de toekomst. Voor de ‘groene’ productie hiervan is ook wind en zonnestroom nodig. In een scenario waarin de technologie zich verder voortvarend ontwikkelt, zal volgens ING Economisch Bureau de stroomvraag van 27,000 TWh nu naar 57,000 TWh in 2050 groeien.

ING Economisch Bureau

Benodigde investeringen: 13 biljoen dollar

Als aan de groeiende vraag naar elektriciteit moet worden voldaan en tegelijkertijd het opwekken van stroom CO2-vrij moet gebeuren, zullen investeringen in wind en zon fors moeten toenemen. Over de gehele periode tot 2050 is 13 biljoen dollar aan investeringen nodig om het aandeel wind en zon van 8% naar 66% te krijgen. De investeringen lopen naar verwachting op gedurende de gehele periode om in de periode 2036 tot 2050 het niveau van de huidige wereldwijde investeringen in olie en gas te overtreffen. In dit scenario daalt de CO2-uitstoot met 64% tot 2050 tot een niveau vergelijkbaar met het reductiedoel van een ‘2 graden scenario’ voortvloeiend uit het Akkoord van Parijs. Echter, de uitrol van alle benodigde technologie gaat naar verwachting niet zo snel dat het tussendoel van 2030 gerealiseerd wordt.

ING Economisch Bureau

Sterke marktgroei biedt kansen aan bedrijven

De sterke groei biedt Europese en dus ook Nederlandse bedrijven volop kansen. Vooral innovatieve bedrijven kunnen hiervan profiteren door de ontwikkeling van technologie. Zo wordt bijvoorbeeld technologie van TNO/ECN al decennia lang wereldwijd toegepast in silicium zonnepanelen en ontwikkelt zij momenteel met Nederlandse bedrijven technologie om zonnecellen aan twee zijden te belichten. En Europese bedrijven ontwikkelen momenteel nieuwe windturbines waarvoor veel minder zeldzame aardmetalen nodig zijn en die een hoger opwekrendement hebben.

De sterke marktgroei in wind en zon betekent niet dat bedrijven actief in de markt automatisch profiteren. Er zijn namelijk twee belangrijke onzekerheden. Ten eerste zullen overheden wereldwijd moeten investeren in het verzwaren en slimmer maken van het elektriciteitsnet. Ten tweede zijn zonne- en windenergie op termijn goedkoper dan stroom uit fossiele bronnen waardoor de stroomprijs naar verwachting zal dalen. De stroomprijs wordt wel afhankelijker van het weer en zal meer gaan fluctueren. Kortom, het zal nog een uitdaging worden om de ontstane kansen te verzilveren.

Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.

Over de auteur

Avatar