Beleggingspanden als zoete broodjes over de toonbank

0

De woningzoeker kan gemiddeld nog kiezen uit 4,5 woningen. Een jaar eerder waren dat er nog 6,1 en vijf jaar geleden bijna 30. Voor een appartement of tussenwoning is de keuze beperkt tot 2,8 en bij vrijstaande woningen is de keuze met 11 nog het ruimst.

De crisis op de woningmarkt lijkt alweer uit ons collectieve geheugen te zijn gewist. De term onderwaterhypotheek heeft plaatsgemaakt voor overbieden. Volgens cijfers van de NVM is in het eerste kwartaal bijna 28% van de verkochte woningen boven de vraagprijs verkocht. Daarnaast is nog ruim 16% voor de vraagprijs verkocht.

Omslagpunt

Nu het aandeel woningen dat boven de vraagprijs verkocht wordt zo goed als gelijk is gebleven in vergelijking met het vorige kwartaal, kan het volgens NVM-voorzitter Ger Jaarsma nu twee kanten opgaan. De stabilisatie markeert een omslagpunt óf het is een korte onderbreking van de opgaande trend. Jaarsma: “Nog altijd is het aantal woningen dat boven de vraagprijs wordt verkocht zo’n 10%-punt hoger dan een jaar geleden. Het gemiddelde verschil tussen de vraagprijs en uiteindelijke transactieprijs is gedaald tot 0,7%. Appartementen worden gemiddeld 1,6% boven de vraagprijs verkocht. Op grote delen van de koopwoningmarkt is sprake van oververhitting, waardoor kopers soms ruim boven de vraagprijs bieden om toch de gewenste woning te bemachtigen.”

Minder transacties

De daling in het aantal door NVM-makelaars verkochte bestaande koopwoningen heeft zich in het eerste kwartaal van 2018 versterkt doorgezet. In totaal verkochten de NVM-makelaars ruim 33.800 woningen (totale markt: 48.000). Dat zijn bijna 5.000 minder dan een jaar eerder. De daling in het aantal verkopen is met 19% het stevigst bij appartementen, stelt Jaarsma vast. In de prijsklassen vanaf vijf ton is er bij de NVM-makelaars juist sprake van een toename in het aantal transacties met tenminste 10% in vergelijking met een jaar eerder.

De transactieprijs is gestegen tot 273.000 euro voor de gemiddeld verkochte woning, en daarmee 9,7% hoger dan een jaar eerder. Het tekort aan beschikbare appartementen vertaalt zich in een stevige prijsstijging van bijna 16%. Bij alle andere woningtypen is de prijsontwikkeling minder sterk dan het landelijke gemiddelde. Maar voor de startende woonconsument met een beperkt budget zien de kansen op de koopwoningmarkt er volgens de NVM-voorzitter steeds somberder uit. Zij ondervinden problemen aan zowel de aanbodkant als aan de vraagkant.

Particuliere beleggers

Vorig jaar kochten particuliere beleggers 1 op elke 10 verkochte woningen aan om deze te verhuren. In de gemeenten Rotterdam, Den Haag en Amsterdam wordt 1 op de 5 woningen verkocht aan een particuliere belegger. In studentensteden als Groningen en Maastricht zelfs respectievelijk 1 op de 4 en bijna 1 op de 3, zegt Jaarsma. “Particuliere beleggers kopen vooral kleine en goedkope woningen en verdringen daarmee in toenemende mate koopstarters van de koopwoningmarkt. Die opgekochte woningen worden vervolgens met een maandelijkse huurprijs in de markt gezet die aanzienlijk hoger ligt dan de netto hypotheeklasten.”

Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.

Deel dit artikel

Over de auteur

Redactie InFinance

De redactie is verantwoordelijk voor de dagelijkse nieuwsupdates op de website InFinance.nl en nieuwsbrief InFinance Daily.