Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft de woekerpoliszaak tegen Nationale Nederlanden terugverwezen naar de Nederlandse rechter. Daarmee heeft de zaak niet het mokerslag-effect gekregen waarop Dries Beljon, advocaat van de gedupeerde NN-polishouder, had gehoopt.
Ondanks het zeer kritische advies van de Advocaat-generaal van het Europese Hof, mevrouw Eleanor Sharpston, is het oordeel van het EU-hof een stuk milder. Het Hof oordeelt onder andere dat, naast de door de Europese richtlijn voorgeschreven informatieverplichtingen, alleen aanvullende informatieverplichtingen mogen worden aangenomen als die duidelijk en nauwkeurig in het nationale recht zijn omschreven en voorspelbaar zijn.
Reactie NN
In een reactie stelt NN dat de in de procedure aangevoerde ‘open normen’ niet aan deze criteria voldoen, omdat ze niet nader zijn gespecificeerd. Derhalve kunnen ze volgens NN niet als basis dienen voor het aannemen van aanvullende informatieverplichtingen. Het is nu aan de Nederlandse rechter om te bepalen of in dit geval NN toch meer had moeten doen.
Belangrijke nuance
In het FD zegt Beljon een belangrijke nuance te zien is de opmerking van het Hof dat de woorden ‘redelijkheid en billijkheid’ al genoemd worden in een Nederlandse wet uit 1998, derhalve een nationale vertaling van de Europese richtlijn. Beljon stelt in het FD dat het Hof hiermee lijkt te zeggen dat aan de eis van voorspelbaarheid al is voldaan.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
