Uit de cijfers van het CBS blijkt dat de afzetprijzen van de Nederlandse industrie in maart verder zijn opgelopen.
De stijging in maart op jaarbasis was groter dan in februari. Een belangrijke reden voor de stijging is de oplopende olieprijs.
Afzetprijzen 2,5% omhoog
De afzetprijzen van de Nederlandse industrie waren in maart 2,5% hoger dan in maart 2018, meldt het CBS. De prijsstijging is groter dan in de mand februari. Toen waren de producten van de industrie 2,1% duurder dan een jaar eerder. De in- en uitvoerprijzen van de industrie zijn als inflatie-indicatoren opgenomen in het prijzendashboard van het CBS.
Vergeleken met februari zijn de afzetprijzen van de industrie in maart 0,7% gestegen. De prijzen op de binnenlandse markt namen met 0,5% toe en die op de buitenlandse markt met 0,8%.
Olieprijs grote aanjager
De invloed van de oplopende olieprijs op de afzetprijzen is duidelijk zichtbaar. In maart 2019 kostte een vat ruwe North Sea Brent olie ruim 59 euro. Dat is bijna 10% meer dan een jaar eerder. In februari 2019 was de prijs voor een vat ruwe olie bijna 57 euro, ruim 7% hoger op jaarbasis.
De ontwikkeling van de afzetprijzen in de industrie hangt sterk samen met de prijsontwikkeling van ruwe aardolie. Producten van de aardolie-industrie waren in maart bijna 12% duurder dan in maart 2018. In februari lagen de prijzen van aardolieproducten bijna 7% hoger dan een jaar eerder.
Ook in de chemische industrie hangt de afzetprijs over het algemeen samen met de olieprijs. De afzetprijzen van de chemische industrie waren in maart 0,6% lager dan een jaar eerder. In februari was de prijsdaling 1,5%. In de meeste andere bedrijfstakken van de industrie lagen de prijzen in maart 2019 hoger dan een jaar eerder.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
