Hypotheekadviseurs worden door toekomstige wijzigingen in het Bgfo gestimuleerd om binnen de financiering van woningen vaker gebruik te maken van consumptief krediet. De verschillen in beloning tussen beiden kunnen zorgen voor meer onduidelijkheid bij de consument.
Daarvoor waarschuwen de Stichting Certificering Erkend Hypothecair Planners en de Nederlandse Vereniging van Hypothecair Planners in een brief aan het Ministerie van Financiën. De brief is een reactie op het voornemen om vanaf 1 april 2019 de opleidingsmodule hypothecair krediet uit te breiden met de eind- en toetstermen consumptief krediet. Beide besturen geven ondersteuning aan het voorstel.
Tegelijkertijd vragen beide besturen echter aandacht voor het feit dat de wijziging in de praktijk kan leiden tot een stimulans om vaker binnen de financiering van woningen gebruik te maken van consumptief krediet. Bij de wenselijkheid van deze ontwikkeling, indien deze zich voordoet, zetten beide besturen vraagtekens.
Tevens signaleren beide besturen dat bij een dergelijke combinatie van consumptief krediet en hypothecair krediet binnen een financieringsvraag het moeilijk uitlegbaar is waarop over het ene deel van het krediet (consumptief krediet) bij wet verplicht is de vergoeding via provisie te ontvangen en een directe beloning verboden is, en over het andere deel van het krediet (hypothecair krediet) bij wet een directe vergoeding verplicht is en provisie juist verboden.
“Nu, door de door u voorgestelde wijziging, verwacht mag worden dat vaker dan in het verleden adviezen worden gegeven, waarbij sprake is van een combinatie van consumptief- en hypothecair krediet, zijn wij van oordeel dat een nadere motivatie van uw zijde voor het instandhouden van het verschil in behandeling van deze beloning, op zijn plaats is”, staat in de brief.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
