70% van de Nederlandse particuliere beleggers weet niet precies hoe hun portefeuille rendeert. Ruim een kwart geeft aan dat het risicogehalte en de eigen risicobereidheid niet op één lijn liggen.
Dit blijkt uit onderzoek dat de ING heeft uitgevoerd onder particuliere beleggers. Er is een groot verschil tussen de informatiebehoefte van de verschillende beleggers. Waar 56% meerdere keren per week de beurskoersen bekijkt, doen de overige beleggers dat maar enkele malen per maand of zelfs minder.
Daarbij valt op dat de particuliere belegger drukker bezig lijkt te zijn met de ontwikkeling van de beurskoersen dan met de staat van de eigen portefeuille. Deze wordt door 42% meerdere keren per week in de gaten gehouden.
Aan het andere uiterste van het spectrum zitten beleggers die minder dan eenmaal per maand de beurskoersen en/of hun eigen portefeuille bekijken. Beide groepen bestaan uit 23% van de totale groep ondervraagden.
Een gouden wet in beleggingsland is niet meer risico lopen dan waar je je comfortabel bij voelt. Toch geeft ruim een kwart aan dat het risicogehalte en de eigen risicobereidheid niet op één lijn liggen. En 15% heeft geen idee of dat het geval is. Deze ‘losse’ opstelling zien we ook terug in de mate van vermogensplanning: een overgrote meerderheid heeft geen concreet einddoel in gedachten of heeft daar nooit over nagedacht. En meer dan 7 op de 10 beleggers geeft aan niet of niet precies te weten hoe de eigen portefeuille rendeert.
Toch geeft ruim driekwart aan geen behoefte te hebben aan advies op dit vlak. Wellicht hecht de particuliere belegger sterk aan het gevoel de touwtjes zelf in handen te hebben.
Wanneer de particuliere belegger op zoek is naar informatie, kiest deze het vaakst voor het internet. Maar liefst 58% laat zich daar informeren over de laatste beurskoersen en andere relevante economische informatie. Op ruime afstand volgen dagbladen (32%), televisieprogramma’s (26%) en beleggings- en vakbladen (24%).
De manier waarop beleggers hebben leren beleggen is ook zeer gevarieerd. Internet is anno 2013 voor de grootste groep een bron van kennis, maar is slechts door 1 op de 3 beleggers gebruikt om te leren beleggen. Andere veelgebruikte leermiddelen zijn: dagbladen (23%) en schriftelijke informatie van de eigen broker (21%). Bijna een kwart geeft aan het beleggen van huis uit te hebben meegekregen.
Op de vraag welke factoren van belang zijn bij de aankoop van een beleggingsfonds, geeft de grootste groep (41%) aan dat dit het behaalde rendement in de afgelopen periode is. Hiermee lijken beleggers te kiezen voor het ‘bandwagon-effect’: het aanhaken bij de winnaars van de afgelopen tijd. Voor iets meer dan een kwart is het risicogehalte van invloed op de keuze. Een professionele rating (bv. van Lipper of Morningstar) wordt als hulpmiddel door 8% van de beleggers wordt gebruikt.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
