De AFM heeft de toetsrente voor hypotheken met een rentevastperiode korter dan tien jaar voor het derde kwartaal van 2018 opnieuw vastgesteld op de minimale waarde van 5%. Als de werkelijke rente hoger is dan de toetsrente, dan moet er gerekend worden met de werkelijke rente.
Elk kwartaal bepaalt de toezichthouder de toetsrente voor hypotheken met een rentevastperiode korter dan tien jaar. Voor hypotheken met een rentevastperiode korter dan 10 jaar geldt de verplichting dat voor het bepalen of de hypotheek verantwoord is, wordt gerekend met deze toetsrente.
Problemen voorkomen
Door gebruik te maken van de toetsrente wordt voorkomen dat stijgingen van de rente na afloop van de rentevastperiode consumenten in de financiële problemen brengt.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
