
Hoewel woningbezitters te maken hebben met grote maatschappelijke uitdagingen, zien zij het niet zitten als de overheid zich bemoeit met het oplossen ervan.
Of het nu gaat om het herstel van funderingsproblemen, de verduurzaming van hun huis of hulp bij de energietransitie, huizenbezitters hebben het liever zelf voor het zeggen. Dit blijkt uit het ING Woonbericht. De woonindex is dit kwartaal licht gedaald van 111 naar 109, maar blijft positief. Dat de woonindex positief blijft, wijst volgens ING op aanhoudend vertrouwen in de woningmarkt. Net als vorig kwartaal verwacht men opnieuw een stijging van de huizenprijzen. De lichte daling van de index komt voornamelijk door woningzoekenden (starters en doorstromers), terwijl bij koopwoningbezitters zonder verhuisintentie de Woonindex stabiel blijft.
Zeggenschap belangrijk
Het onderzoek zoomt dit kwartaal in op de mate waarin huizenbezitters ‘bemoeienis’ vanuit de overheid wensen voor de oplossing van problemen met verduurzaming, de energietransitie of de fundering van hun huis. Wim Flikweert (foto), manager Wonen bij ING in Nederland: “De hamvraag: mag de overheid huizenbezitters, plat gesteld, opleggen hoe zij deze problemen oplossen? Een ruime meerderheid (86%) vindt het belangrijk om zeggenschap te hebben over hun eigen woning. Voor veel starters (62%) is meer zeggenschap over hun woning een belangrijke reden om naar een koopwoning te verhuizen. En voor woningzoekenden – zowel starters als doorstromers – is zeggenschap zelfs een dealbreker. Van deze groep zou een gebrek aan zeggenschap voor 62% een reden zijn om een huis niet te kopen. Bijna de helft van de koopwoningbezitters (49%) vindt dat de overheid zich nu al te veel mengt in hun woningzaken.”
Herstellen funderingsprobleem
Bij het herstellen van funderingsproblemen komt een significante tweedeling onder de huiseigenaren naar voren in het onderzoek. Van de koopwoningbezitters met een woning gebouwd ná 1980 vindt 29% dat de overheid het herstellen van de fundering mag opleggen. Van de woningbezitters met een woning van vóór 1980 vindt slechts 19% dit. Zij hebben liever dat de overheid herstel stimuleert, maar niet oplegt. Het is opvallend dat de groep die het meest waarschijnlijk funderingsproblemen heeft en dus wat overheidsbemoeienis kan gebruiken, daar het meest afwijzend tegenover staat.
Oudere woningen
Flikweer: “Funderingsproblemen doen zich vooral voor bij wat oudere woningen. Je kunt daar als woningbezitter weinig aan doen en je hebt het probleem ook niet veroorzaakt. Maar je moet als huizenbezitter wel de kosten zelf betalen, omdat funderingsschade niet verzekerbaar is. Herstel is echter niet goedkoop. Op dit punt zou je verwachten dat hulp van de overheid op prijs gesteld wordt. Wat we in het onderzoek zien is dat stimulerende hulp draagvlak heeft, maar er flink weerstand zit bij bijvoorbeeld verplichting vanuit de overheid om je funderingsprobleem op te lossen.”
Energietransitie en verduurzaming
Als het gaat om de energietransitie, blijken de ondervraagde koopwoningbezitters verdeeld over de overheidssteun bij deze grote uitdaging. Waar 33% voldoende steun ervaart, vindt 29% juist van niet. In het geval van verduurzaming zijn de ondervraagden meer uitgesproken in hun behoeften. Bijna driekwart (73%) van de koopwoningbezitters heeft hun woning al verduurzaamd. Ongeveer de helft van deze groep wil nóg verder verduurzamen, al is dit aandeel gedaald ten opzichte van vorig kwartaal (van 44% naar 37%). Kostenbesparing en meer wooncomfort blijven de belangrijkste drijfveren voor verduurzaming. Wel ervaren de ondervraagden nog drempels. Deze variëren van onduidelijk politiek beleid en hoge kosten tot de inspanning die verduurzaming vraagt. Flikweert: “Wat we ook in het onderzoek zien is dat koopwoningbezitters die al hebben verduurzaamd, sterker overtuigd zijn van de voordelen. Verder weten ze beter welke stappen bijvoorbeeld nodig zijn om hun energielabel te verbeteren dan degenen die (nog) niet hebben verduurzaamd.”
Veiligheid en buitenruimte
Waar de woningbezitters meer begrip tonen voor bemoeienis vanuit de overheid, is op het vlak van veiligheid en de buitenruimte. Slechts 11% wijst die maatregelen af. De helft vindt dat de overheid maatregelen zoals brand- en bouwvoorschriften mag opleggen. Ook regels rondom bewoning (waaronder opkoopbescherming en bewoningseisen) kunnen op relatief brede steun rekenen. Daarnaast zien de woningbezitters in buurtzaken – denk aan infrastructuur en bereikbaarheid – een grotere rol voor de overheid.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.