De leefbaarheid in kleinere woonplaatsen is iets gunstiger dan in grotere woonplaatsen. Dat komt onder meer doordat het aantal ontmoetingsplekken per inwoner hoger is in kleinere woonplaatsen.
Dit komt onder andere naar voren uit het eindrapport ‘Geluk in een klein hoekje’ (PDF) van Atlas Research in opdracht van RegioBank. Het geeft inzicht in de ontwikkelingen van de leefbaarheid in woonplaatsen, met een focus op de kleinere woonplaatsen, tussen de 7.000 en 23.000 inwoners.
In het onderzoek werd onder andere gekeken naar de sociale samenhang, de overlast en het gevoel van (on)veiligheid, en de staat van de woningvoorraad. In kleinere woonplaatsen bestaat er minder overlast en gevoel van onveiligheid, is er een hogere sociale samenhang en is de woningvoorraad gemiddeld gezien gunstiger dan in grotere woonplaatsen.
Het onderzoek concludeert (op basis van cijfers uit 2022) dat de gemeente Laren de grootste leefbaarheid heeft, gevolgd door Bergen (NH) en Santpoort-Noord. Rozenburg krijgt de laagste score op het gebied van leefbaarheid, gevolgd door Delftzijl en Werkendam.
Ontmoetingsplekken
Het aantal ontmoetingsplekken (dorpshuizen en andere multifunctionele accommodaties) per inwoner hangt licht positief samen met de leefbaarheid. Volgens het onderzoek is het aantal ontmoetingsplekken per inwoner hoger in kleinere dan in grotere woonplaatsen. “Er zijn in kleinere woonplaatsen (veel) meer inwoners per ontmoetingsplek, dus zal het openen of sluiten van zo’n ontmoetingsplek in kleinere woonplaatsen mogelijk dus een groter effect hebben dan in grotere woonplaatsen.”
Landelijk gezien is het aantal ontmoetingsplekken per inwoner het hoogst in het noorden en in Zeeland.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
