Volgens het CBS maakt de hypotheekschuld van werknemers gemiddeld 92% uit van de totale schuld. Bij zzp’ers is dat 80% en bij zelfstandigen met personeel (zmp’ers) 74%. Zmp’ers hebben wel het vaakst een hypotheekschuld. Met een doorsneewaarde van 231.000 euro is deze ook hoger dan die van zzp’ers en werknemers.
Op basis van nieuwe cijfers over vermogens van zelfstandigen en werknemers concludeert het CBS verder dat zelfstandigen met personeel fors meer vermogen hebben dan werknemers en zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Begin 2016 bedroeg het doorsnee vermogen van een zmp’er 217.000 euro. Bij zzp’ers lag dit op 101.000 euro en bij werknemers op 23.000 euro. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over vermogens van zelfstandigen en werknemers.
Bedrijfsvermogen
De helft van de zmp´ers had begin 2016 minimaal twee ton aan vermogen. Ruim negen op de tien zmp’ers hebben een bedrijfsvermogen met een doorsnee waarde van 74.000 euro. Het bedrijfsvermogen is daarmee goed voor 43% van de totale bezittingen.
Van de werknemers had nog geen 20% een vermogen van twee ton of meer. Bij de zzp´ers had 37% een dergelijk vermogen. Van de zzp’ers beschikt 81% over bedrijfsvermogen, met een doorsnee waarde van 19.000 euro. Het bedrijfsvermogen vormt bij de zzp’ers 31% van de totale bezittingen. De eigen woning vormt het belangrijkste vermogensbestanddeel voor zowel werknemers als zzp’ers.
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
