‘Zorgverzekeraars moeten niet oppotten’

0

Zorgverzekeraars moeten niet onnodig blijven oppotten en hun reserves meer inzetten voor het beperken van de premiestijging. Dat vindt de Consumentenbond.

De bond berekende dat zorgverzekeraars ruim 3,3 miljard euro aan overtollige reserves hebben. Het grootste deel (1,4 miljard) is in handen van Achmea.

“We zien dat de zorgverzekeraars minder winst maken”, zegt directeur Bart Combée van de Consumentenbond. “Uit de cijfers van de ‘grote vier’ – CZ, VGZ, Achmea en Menzis – over 2015 blijkt de totale winst meer dan gehalveerd ten opzichte van 2014. Vooral Menzis en CZ lijken nauwelijks geld over te houden. Maar toch konden de vier in 2015 307 miljoen in de reservepot stoppen. Ook de 1,1 miljard die ze reserveerden om tekorten op te vangen is het grootste deel niet gebruikt.”

‘Premiestijging beperken’

Kort na Prinjesdag maakte DSW bekend dat de premie in 2017 stijgt van 98,75 euro naar 108 euro per maand. De premie van DSW is vaak een goede indicatie voor de premies van andere verzekeraars. De Consumentenbond roept de andere zorgverzekeraars op er alles aan te doen om de premiestijging te beperken. Ook moet de premiestijging volgens de bond duidelijk worden verantwoord.

Uit een vergelijking door de Consumentenbond blijkt dat er grote verschillen zijn tussen de labels. Anderzorg van Menzis gaat volgens de bond het beste om met het premiegeld. Binnen Achmea is FBTO een ‘positieve uitschieter’ als het gaat om reserves, premies en uitgaven voor marketing, personeel en kantoren.

“OZF daarentegen reserveert niets voor premieverlaging, heeft een hoge premie en enorme reserves”, aldus de Consumentenbond. “Bij CZ geeft Ohra het goede voorbeeld met de laagste reserve en laagste kosten maar maakt Delta Lloyd het bont met de hoogste premie en riante reserves.”

Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.

Deel dit artikel

Over de auteur

Redactie InFinance

De redactie is verantwoordelijk voor de dagelijkse nieuwsupdates op de website InFinance.nl en nieuwsbrief InFinance Daily.